‘De bomen op het gras staan wijd uiteen.

Hier liggen de getelden, steen aan steen.

Zij houden zich stil in het ruisende licht

De onderkant van bomen boven hen gericht.’

Met deze regels uit een gedicht van de Amsterdamse dichter Christiaan Johannes van Geel opent het boek over de begraafplaats Daalseweg in Nijmegen. Auteur Wim Desserjer, geboren in Roermond in 1946, ontleent hier ook de titel van zijn boek aan. “Hier liggen de getelden steen aan steen” werd op vrijdag 24 juni 2022 in de Lutherse Kerk in Nijmegen gepresenteerd aan het publiek. Burgemeester Bruls van Nijmegen nam het eerste boek in ontvangst.

Burgemeester Bruls met Wim Desserjer

Burgemeester Bruls met Wim Desserjer

Na een lange carrière in onder meer het onderwijs, ontwikkelingswerk en onderzoeker aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, raakte Wim na zijn pensionering geïnteresseerd in de funeraire geschiedenis van de begraafplaats Daalseweg waar hij vlakbij woont. Vanaf 2010 raakte hij betrokken bij de Stichting In Paradisum, als bestuurslid en hij verzorgde diverse publicaties over begraafplaats Daalseweg en de gesloten begraafplaats Neerbosch.

Als geboren Roermondenaar nam hij in 2018 deel aan een rondleiding over het Oude Kerkhof Roermond waar ook zijn voorouders liggen begraven. Hij nam hier kennis van het boek “Dood, maar niet vergeten” van John Vaessen en op dit moment werd het zaadje geplant om uiteindelijk te komen tot een eigen uitgave van een boek over de begraafplaats Daalseweg in Nijmegen. Het resultaat mag er zijn.

De begraafplaats Daalseweg heeft een vergelijkbare geschiedenis met het Oude Kerkhof Roermond. Ingewijd werd de begraafplaats in 1885, exact 100 jaar na de Roermondse dodenakker. Saillant detail is dat Pierre Cuypers ook een ontwerp had ingediend, maar dit werd afgewezen. De Daalseweg is een uitsluitend katholieke begraafplaats in tegenstelling tot Roermond dat een scheiding van meerdere religies kent. Ook de Daalseweg werd, net als Roermond in 1948, gesloten en met opheffing bedreigd, raakte in verval tot ook hier vrijwilligers zich het lot aantrokken. Door de jaren heen is wel een en ander gesloopt en geruimd. De laatste 25 jaar is veel gerestaureerd en hebben talloze vrijwilligers ervoor gezorgd dat de prachtige begraafplaats voor het nageslacht bewaard is gebleven. Ook deze dodenakker is de laatste rustplaats van vele bekende en onbekende Nijmegenaren zoals de architect Oscar Leeuw, Roermondenaar van geboorte, de Familie Dreesman, de 300 slachtoffers van de bombardementen op Nijmegen in februari 1944 en de vermoorde Nijmeegse activist Louis Sévèke.

Op 24 juni 2022 werd onder grote belangstelling het prachtige boek gepresenteerd. Rob Jaspers, journalist en schrijver presenteerde de avond. Achtereenvolgens werden de eerste exemplaren uitgereikt aan Burgemeester Bruls, Pepijn Oom van de Stichting In Paradisum en John Vaessen auteur van “Dood, maar niet vergeten”. Het prachtige boek is vormgegeven door Sjoerd de Vos onder redactie van Loes Heiligers.

 

 

Schrijver Wim Desserjer met John Vaessen

 

Foto's Coen in Het Panhuis

Wij willen als bestuur en vrijwilligers van de Stichting Oude Kerkhof auteur Wim Desserjer en Stichting In Paradisum van harte feliciteren met het resultaat en zijn verheugd dat wij ooit als voorbeeld en inspiratie hebben gediend. Het boek is te bestellen bij de Stichting In Paradisum Nijmegen. De begraafplaats is een bezoek meer dan waard.

Donderdag 23 juni brachten een vijftigtal leerlingen van groep 8a en 8b met begeleiders van basisschool ‘Aan de Roer’ onder ideale weersomstandigheden een bezoek aan het Oude Kerkhof. De vijf groepen waren reeds op school door de jufs Daniëlle en Petra  ingedeeld. Na aankomst per fiets werden de groepen door Resi, Brigitte, Renée, Mart en John gedurende anderhalf uur rondgeleid over de monumentale dodenakker. Op maandag 20 juni hier aan voorafgaand waren de leerlingen middels een gastles op school reeds geïnformeerd over de ontstaansgeschiedenis van de begraafplaats, zodat ze in theorie al redelijk op de hoogte waren, van hetgeen ze tijdens de rondleiding zouden tegenkomen. Wederom bleek dat, zeker wat scholen betreft, informatie vooraf aan een rondleiding uitermate nuttig is. Kennis die opgedaan is tijdens zo’n les, komt door de leerlingen op de begraafplaats vaak spontaan ter sprake bij de uitleg door een rondleider op de diverse locaties. Voor John Vaessen was dit zijn laatste gastles op scholen. In het verleden heeft hij diverse scholen in Roermond en omgeving bezocht teneinde de aandacht op het Oude Kerkhof te vestigen. Renée Sarton zal met ingang van het nieuwe schoolseizoen zijn taak overnemen. In nauwe samenwerking met bestuurslid Maurice Heemels, een stagiaire van Fontys Lerarenopleiding Sittard en Renée Sarton zal er een op de begraafplaats afgestemd leerplan ontwikkeld worden voor het basis-en vervolgonderwijs. Meer informatie hierover volgt binnenkort.

Op het einde van de rondleidingen hadden de leerlingen voor John nog een aangename verrassing in petto. Als dank voor de gegeven les op school ontving hij een door hen gemaakte tekening, voorstellende zijn uitleg bij het ‘graf met de handjes’. Bovendien daarbij vergezeld van handgeschreven reacties van alle deelnemers, betreffende zowel de gastles alsook de rondleidingen. Een gebaar dat door John zeer op prijs gesteld werd.

Zoals vermeld zal Renée in de toekomst de relatie met de diverse scholen voortzetten. Wij wensen haar daarbij heel veel succes!

Nadat vanwege alle covid-beperkingen de herdenkingen niet openbaar gehouden konden worden zal Rode Kruis-medewerker Theo Stroucken dit jaar weer publiekelijk herdacht worden op 4 mei om 18:00 uur op het Oude Kerkhof Roermond. Op initiatief van het Rode Kruis afdeling Roermond wordt er bij het graf van Theo Stroucken stilgestaan bij het tragisch overlijden van hem.

Theo Stroucken werd op 19 januari 1945 tijdens een hulpverleningsactie in een woning aan de Kapellerlaan dodelijk getroffen door een granaataanval. Een scherf doorboorde zijn helm en dit werd hem fataal. Saillant detail is dat hij deze dag een dienst overgenomen had van een zieke collega. Sedert vele jaren wordt Theo speciaal herdacht op 4 mei door de afdeling Roermond van het Rode Kruis.De helm die hij droeg staat ook afgebeeld op de grafsteen en dit detail maakt dit graf uniek in Nederland. Het is het enige graf dat in Nederland nog bestaat met deze symboliek. Zijn graf heeft onlangs een opknapbeurt gehad op initiatief van vrijwilligers van de Gemeente Roermond die werkzaam zijn op het Oude Kerkhof.

De herdenking start om 18:00 uur en is openbaar toegankelijk

 

Naamplaat op het graf van Theo Stokken

Foto van de naamplaat op het graf van Theo Stroucken in de sneeuw

De wens om alle Stolpersteine, die in Roermond geplaatst zijn, voor 4 mei 2022 te documenteren middels een nieuwe website van het Gemeente Archief Roermond is gerealiseerd.

Een Stolperstein, letterlijk vertaald struikelsteen, is een speciale straatsteen als persoonlijke herinnering aan de Jodenvervolging door het Naziregime in de Tweede Wereldoorlog. De bovenkant van deze speciale stenen zijn afgedekt met een bronzen plaatje met de naam en levensdata van de slachtoffers. Zij worden geplaatst in de stoep voor de woning waar de personen woonden voordat zij afgevoerd werden naar diverse kampen in Europa om daar op vreselijke wijze vermoord te worden. De Stolpersteine zijn een project van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig (1937). Vanaf 1993 zijn deze stenen in steeds meer Europese steden te vinden en zijn allemaal op dezelfde manier uitgevoerd.

Op het (nieuwe) Joodse deel van het Oude Kerkhof herinneren sommige grafstenen wel aan de namen die ook op de diverse Stolpersteine staan. Uiteraard liggen geen van deze slachtoffers hier omdat zij niet terugkeerden. Voorouders waren hier vaak al eerder begraven en uiteraard ook een enkel nageslacht. Sommige namen van de niet teruggekeerde Joodse mensen zijn nadien op de matseva’s, de Joodse aanduiding van grafsteen, geplaatst ter herinnering. Op de binnenplaats van de Joodse Synagoge zijn alle namen van de Roermondse Joodse slachtoffers op een gedenksteen te lezen.

In samenwerking met Jac Lemmens en Gerard van der Garden van het Gemeente Archief hebben Hein van der Bruggen, onlangs gepromoveerd op de geschiedenis van Joods Roermond, en John Vaessen, onderzoeker en schrijver van ons prachtige boek “Dood maar niet vergeten”, al deze namen op deze Stolpersteine voorzien van achtergrondinformatie. Het resultaat is bijeengebracht op de nieuwe website. Overzichtelijk gerubriceerd zowel op naam alsook op adres. In de toekomst zal het ook mogelijk zijn om een speciale “themarondleiding” te boeken. Hier wordt momenteel hard aan gewerkt.

Link naar de website

Foto’s gemeente Archief Roermond

Leo Baer, zijn vrouw Flora Salomon en hun zoon Rolf Helmut Baer woonden in de Dr. Leursstraat 8. In 1943 werd Flora Baer-Salomon voor de bevalling van haar 2e zoon Ruben Sally Hendrik opgenomen in het Laurentiusziekenhuis in Roermond. Tijdens een razia werden vader en zoon Baer gearresteerd, afgevoerd en vermoord. Ruben Baer overleed na de bevalling, slechts enkele dagen oud. Hij ligt begraven op het Joodse deel van de begraafplaats.
Met medewerking van het ziekenhuispersoneel heeft Flora vervolgens kunnen onderduiken maar werd later alsnog, na verraad, opgepakt. Ze heeft de oorlog overleefd en emigreerde naar de Verenigde Staten.

Na 2 jaar dat deze rondleiding niet door kon gaan organiseert de Stichting Oude Kerkhof op Zondag 1 mei de jaarlijkse WO II rondleiding op het Oude Kerkhof te Roermond, waarbij diverse locaties en laatste rustplaatsen van gesneuvelde geallieerden, verzetslieden en (burger)oorlogsslachtoffers bezocht zullen worden. De start is om 13.00 uur met een korte voorbeschouwing in zaal ‘Aad Remunj’, Herkenbosscherweg 10, schuin tegenover de begraafplaats.

De rondleiding, die verzorgd wordt door gidsen van de stichting, voert de bezoeker onder meer langs graven van diverse oorlogsslachtoffers uit Roermond en de laatste rustplaatsen van een aantal verzetsstrijders. Er zal ook stilgestaan worden bij het nog relatief jonge monument waar de veertien met Kerstmis 1944 gefusilleerde Roermondenaren begraven geweest zijn, evenals de slachtoffers die zijn omgekomen ten gevolge van de bombardementen in oktober en november 1944.

Aandacht zal er eveneens zijn voor de grafjes van kinderen die ten gevolge van de evacuatie, begin 1945, overleden. De plek waar 160 gesneuvelde Duitse militairen hun voorlopige rustplaats gekregen hebben (het ‘Pruusseböske’) zal eveneens bezocht worden. Bij de eregraven van Britse en Canadese vliegtuigbemanningsleden zal verteld worden over het neerstorten van hun machines.

Tenslotte is er ook aandacht voor de nieuwe joodse begraafplaats. Totaal 85 joodse inwoners van Roermond zijn ten gevolge van de Holocaust naar concentratiekampen getransporteerd. Vele namen op de grafstenen herinneren aan familieleden die na hun deportatie niet meer zijn teruggekeerd.

Deelname aan deze éénmalige jaarlijkse themarondleiding die twee uur zal duren, bedraagt vier euro per persoon. De wandeling is minder geschikt voor jonge kinderen. Vooraf aanmelden is niet nodig, tijdig aanwezig zijn is aan te bevelen.

Bezoek aan de Joodse begraafplaats door Milly Horowitz  (80) uit Israël

Woensdag 9 maart j.l. bezocht de 80-jarige Joodse Milly Horowitz-Steinberg uit Israël de Joodse begraafplaats op het Oude Kerkhof. De aanleiding tot haar bezoek was het overlijden van haar katholieke Nederlandse partner met wie zij 33 jaar lief en leed gedeeld heeft. Met hem woonde ze gedurende die tijd deels in Valkenburg, deels in de Israël.

 

De levensloop van Milly Horowitz mag opmerkelijk genoemd worden. In 1942 werd zij geboren in Den Haag. Haar biologische  vader Sulem Steinberg heeft ze nooit gekend. Hij werd kort ná haar geboorte in Auschwitz vermoord. Om haar bijna één jarig dochtertje Milly voor deportatie naar een vernietigingskamp te behoeden, heeft  moeder Liebe Steinberg-Baumfeld haar middels een vooropgezet plan in Dordrecht ‘te vondeling’ laten leggen vóór het  huis van een betrouwbaar katholiek echtpaar, dat in het complot betrokken was. Op deze manier zou haar Joodse identiteit verborgen blijven en Milly ‘Arisch’ opgroeien. Ná de oorlog eiste haar moeder echter haar dochter van de pleegouders, die Milly intussen hadden laten dopen, op. Haar moeder verbrak daarop het contact met de pleegouders en zou tot haar dood ten opzichte van Milly zwijgen over het feit dat ze haar te vondeling had laten leggen. Pas in 1995, 53 jaar ná haar geboorte zou Milly, via het Dordtse bevolkingsregister, achter de waarheid van dit lang verborgen geheim komen.

 

In 1947 hertrouwde Milly’s moeder te Roermond met de uit Warschau afkomstige Simon Juda Wollheim. Het gezin vestigde zich in een pand aan de Kruisherenstraat 30. In Roermond bezocht Milly de protestantse school gelegen naast de Nederlands Hervormde kerk aan de Minderbroederssingel en volgde op de woensdagmiddag de wekelijkse Joodse les in de synagoge.  Als enige Joodse leerlinge van haar klas bezocht ze de MULO bij de Ursulinen van de Sint Salvatorschool aan de Zwartbroekstraat. Vervolgens volgde ze lessen aan plaatselijke Rijks HBS.  Toen ze zestien was werd ze door haar ouders naar de Joodse HBS in Amsterdam gestuurd.

In 1960 vertrok ze, achttien jaar oud, naar Londen. Hier trad ze een jaar later in het huwelijk met de Brit Joseph (Joe) Horowitz. Uit dit huwelijk, dat na 26 jaar beëindigd werd , werden drie kinderen geboren. Haar stiefvader Simon Wollheim en moeder Liebe Baumfeld zijn in1964 naar Haifa geëmigreerd en daar overleden. Sinds 2005 woont Milly in Netanya (Israël) waar haar drie kinderen en inmiddels zes  kleinkinderen, die in Israël en Londen wonen, haar vaak komen bezoeken.

Op 6 september 2006 werd op initiatief van Milly Horowitz-Steinberg in de Roermondse synagoge aan de Hamstraat in haar bijzijn postuum de Yad Vashem onderscheiding uitgereikt aan haar  katholieke pleegfamilie.

Bij haar bezoek aan Roermond werd Milly in gezelschap van haar dochter, begeleid door John Vaessen, die op verzoek van  de redactie van het  jaarboek ‘Spiegel van Roermond’ een biografie over het leven van Milly Horowitz heeft geschreven. Na diverse locaties bezocht te hebben die een rol gespeeld hebben tijdens Milly’s jeugdjaren in Roermond, werd de Joodse begraafplaats bezocht. Hier  legde zij volgens Joods gebruik steentjes op diverse laatste rustplaatsen, onder meer bij de families Goudsmit, Lehmann en Cardozo die zij goed gekend heeft. Ook bezocht zij het graf van de eerste echtgenote van haar stiefvader, Amelia Weinberg die in1942 in Roermond een natuurlijke dood stierf.

Eerder die dag overhandigde John Vaessen in de synagoge namens  auteur Hein van der Bruggen, die helaas wegens Corona niet aanwezig kon zijn, aan Milly een exemplaar van zijn proefschrift ‘Aspecten van Joods leven in Roermond en Midden-Limburg 1275-2018’. Namens de Stichting Oude Kerkhof ontving Milly op de begraafplaats het boek ‘Dood, maar niet vergeten’. (Foto’s Vincent Loozen). De presentatie van de biografie van Milly Horowitz-Steinberg in de ‘Spiegel van Roermond 2023 ’ zal plaats vinden in december 2022.

de Gouden Terebinth 2022

 

Op een zonnige namiddag is zaterdag 12 februari j.l. in het prachtig gerestaureerde hoofdgebouw van de begraafplaats “Bosdrift” in Hilversum de Gouden Terebinth 2022 toegekend en uitgereikt aan de Stichting Vrienden van de begraafplaats Keern te Hoorn.

Samen met de Stichting tot Behoud van de Oude Begraafplaats van Naarden en de Stichting Oude Kerkhof Roermond waren zij uit elf inzendingen genomineerd voor de tweejaarlijkse prijs. De drie genomineerden presenteerden zich aan het, vanwege de coronarestricties, beperkte publiek van 35 personen. Aanwezig waren de genomineerden zelf met afgevaardigden, juryleden, de winnaar van 2020 Sovjet Ereveld Leusden, bestuur Terebinth en vertegenwoordigers van de Gemeenten van de genomineerden. Namens het Gemeentebestuur van Roermond was wethouder van cultuur F.Pleyte aanwezig. Alvorens de drie organisaties hun wervende presentaties mochten starten overhandigde Terebinth-voorzitter Bert Lever een oorkonde aan de drie genomineerden. Hij benadrukte dat het genomineerd zijn al een prijs op zichzelf is. Roermond was zelfs voor de tweede keer genomineerd.

De jury onder voorzitterschap van René Dessing (voorzitter van de stichting Kastelen, Historische Buitenplaatsen en Landgoederen en directeur van stichting Erfgoed Landfort), verder bestaande uit Kees Lever (voorzitter van de Nederlandse Tuinenstichting) en Anita van Loon (directeur van uitvaartstichting Hilversum) oordeelde, dat de drie genomineerden grote overeenkomsten vertonen.

Juryvoorzitter René Dessing meldde bij het presenteren van het juryrapport dat de jury het moeilijk vond om tot een keuze te komen, maar heeft dat uiteindelijk unaniem gedaan, op basis van de volgende overwegingen: de breedte van de activiteiten, de maatschappelijke verankering en het betrekken van nieuwe generaties, en de concrete resultaten in 2020-2021.

De aanwezigen van Roermond waren bij het lezen van deze tekst overtuigd dat het dubbeltje hun kant op zou rollen. Ongetwijfeld hebben de genomineerden uit Hoorn en Naarden op dat moment hetzelfde gedacht. De doorslag gaf de mogelijkheid om scholieren een maatschappelijke stage aan te bieden op de begraafplaats de Keern in Hoorn.

 

Er kan maar één de winnaar zijn en wij feliciteren Hoorn van harte met het behalen van de eerste plaats. Eerlijkheidshalve mogen wij zondermeer vaststellen dat in de korte periode van hun bestaan, drie jaar, zij al erg veel bereikt hebben. Dat wij voor de tweede keer genomineerd zijn hebben wij als een grote eer en erkenning ervaren. Wij als Stichting Oude Kerkhof gaan gewoon verder op de ingeslagen weg. Wij blijven ons met alle vrijwilligers inzetten voor het behoud van onze prachtige “Aje Kirkhoaf”

Voor een indruk van de winnaar Hoorn een video van lokaal TV-kanaal

https://www.youtube.com/watch?v=zXtivalCRoE

 

Foto’s: Clasien de Vries.

Coen In het Panhuis tijdens de presentatie namens de Stichting Oude Kerkhof Roermond.

 

Voorzitter Bert Lever van de Stichting Terebinth reikt de wisseltrofee uit aan de winnaar uit Hoorn

 

De drie genomineerden met hun oorkonde: Hoorn, Naarden en Roermond. Resultaat van hard werken.

De tweede prijswinnaars gaan niet met lege handen naar huis. Zij ontvingen een cheque van 250 euro

 

De jaarlijkse voettocht op 30 december naar de Luzenkamp in het Elmpter bos kon, ten gevolge van de coronarestricties, voor de tweede maal op rij niet doorgaan. Elk jaar liepen honderden Roermondenaren de tocht ter herdenking van de verschrikkelijke gebeurtenissen in de winter van 1944. In de Kerstnacht van 25 op 26 december zijn 13 onschuldige Roermondse burgers en een Poolse dwangarbeider na een kort schijnproces vermoord in de bossen in het grensgebied. Dit gebeurde als waarschuwing en afschrikking tegen onttrekking van de “Arbeidseinsatz”. Op 30 december werden 3000 Roermondenaren gedeporteerd naar Duitsland. Het Comité 30 december heeft in heel beperkte setting een korte herdenking georganiseerd. Namens de Gemeente Roermond was wethouder Marianne Smitsmans aanwezig en Burgemeester Karl Heinz Wassong was afgevaardigd namens de Gemeente  Niederkruchten. De nieuw aangetreden voorzitter Renée Sarton van het Comité Voettocht 30 december was tevens aanwezig. Er zijn door deze delegatie enkele kransen gelegd bij het zogeheten Mahnmal, opgericht in 1996 door de burgers van Niederkruchten.

Monument Elmpterwald

 

 

 

 

 

 

 

Bij het monument voor de vergeten kinderen van het Spik werd tevens stil gestaan bij de trieste gebeurtenissen van na de oorlog. In het najaar van 1945 kwamen hier 11 kinderen om het leven bij twee explosies. Deze kinderen speelden met achtergebleven landmijnen en troffen diverse gezinnen op een tragische manier. In 2015 werd ter nagedachtenis een monument opgericht. Sindsdien voert de voettocht op 30 december hierlangs en wordt er stilgestaan bij de droevige gebeurtenissen van oktober 1945.

Voor meer info zie  https://spikmaalbroek.nl

Ondanks de annulering van de jaarlijkse voettocht hebben diverse Roermondenaren de tocht op eigen initiatief gelopen.

Voor meer foto’s:

https://photos.app.goo.gl/fRVg6CzxXsybpCbe7

Op 26 en 27 december 1944 zijn dertien onschuldige Roermondse burgers en een Poolse krijgsgevangene door de Duitse bezetter standrechtelijk geëxecuteerd op de Luzenkamp in het Duitse Elmpterwald. Dit nadat deze mannen hun eigen graf moesten graven. Na lang zoeken na de oorlog zijn de lichamen in augustus 1947 gevonden en geborgen en vervolgens op 11 september 1947 begraven op het Oude Kerkhof. In 1950, na het besluit om de oude begraafplaats te sluiten en te ruimen, werden de lichamen herbegraven op de nieuwe begraafplaats “Tussen de Bergen”.

Ter nagedachtenis aan deze trieste gebeurtenis in de kerstnacht van 1944 is bij het nieuwe monument op het Oude Kerkhof een bloemstuk gelegd. Opdat wij nooit vergeten.

Voorzitter Mathieu Beeren legt bloemstuk bij monument

In het Kapellerkwartier zijn vrijdag 10 december 2021 op vijf locaties toeristische ANWB – borden geplaatst